Geplaatst op vrijdag 16 maart 2007 @ 11:25 , 1833 keer bekeken
Tweeënzestig jaar na dato zijn er in Hilversum links en rechts nog sporen van de bezetting te vinden. De meeste zijn aan te treffen in de noordwestelijke villawijken, in de afgeschermde zone waar de Duitsers de mooiste villa's hadden gevorderd en waar ze hun hoofdkwartieren en bunkers hadden. Een niet zo bekend voorbeeld is de schuilkelder die mooi gecamoufleerd anoniem ligt te wezen op nauwelijks dertig meter van de 's-Gravelandseweg.
Wie in Hilversum over Duitse bunkers begint, heeft doorgaans de enorme betonnen gevaarten op het netvlies die aan de Catharina van Renneslaan en de Scarlattilaan/Verdilaan zijn gesitueerd. Die zijn uniek door hun omvang. Daar zaten de staven van topmilitairen als generaal Blaskowitz.
Het 'sperrgebiet', dat taboe was voor iedereen die geen pasje had, was vrij uitgestrekt: het werd begrensd door de Hoflaan, Doodweg, Bachlaan tot de Crailose Brug, Bussumergrintweg, Trompenbergerweg en een stuk van de 's-Gravelandseweg. Hart van dit Duitse 'dorp in het dorp' was het Rüdelsheimcomplex met de Blaskowitzbunker. Tegen en bovenop die betonnen moloch liggen nu drie luxe villa's, waarin minstens één bekende Nederlander huist.
Het kan een stuk minder spectaculair. Tussen de herensociëteit De Unie en de Centrale Bibliotheek, respectievelijk op de nummers 57 en 55 aan de 's-Gravelandseweg, ligt precies op de erfafscheiding een Duits bouwsel dat naar verluidt op geen kaart voorkomt, en dus eigenlijk 'niet bestaat'. Het is geen bunker maar een schuilkelder die vroeger twee ingangen had en in verbinding stond met de leeszaal. De directie van de bibliotheek heeft de sleutel.
De schuilplek is strategisch tussen beide villa's in aangelegd. Want in 1941 hadden de Duitsers het gebouw van De Unie ingepikt en ingericht als 'Wehrmachtsheim' en in 1942 maakten ze van de bibliotheek een horeca-achtige gelegenheid voor de Duitse militairen uit de buurt. De kans op een geallieerd bombardement op deze omgeving was niet denkbeeldig.
Het is een onooglijk heuveltje, overwoekerd met groen en begroeid met bomen. De schuilkelder verraadt zich door enkele bakstenen hoeken die door het groen naar buiten steken, en door de schoorsteen die erbovenuit steekt. Een bemost trappetje voert acht treden omlaag. Achter de wit uitgeslagen groene deur ligt een vochtige, donkere ruimte. Het plafond van de halfronde kelder is bijna tweeënhalve meter hoog en bestaat uit drie steeds smaller wordende delen. Er hebben zwervers gezeten, getuige woorden ('pas op', 'hallo' en 'Mimi') die nog op de muren gekalkt zijn. De deur van de tweede ingang die ze ingetrapt hadden is twee jaar terug dichtgemetseld. Of de schuilkelder het conserveren waard is, is onduidelijk.
Welkom bij Clubs!
Kijk gerust verder op deze club en doe mee.
Of maak zelf een Clubs account aan: